Hans Kirchheimer

Hans is geboren op 2 oktober 1925 in Künzelsau. Künzelsau is een stadje op 95 km ten noordoosten van Stuttgart. Na de Kristallnacht opende Nederland de al hermetisch gesloten grenzen nog even om 2000 kinderen toe te laten zonder ouders. Voor hun was geen plaats. Vele ouders in Duitsland grepen deze kans met beide handen aan om hun kind of kinderen te vrijwaren van een steeds onheilspellender wordende toekomst. Hans kwam 13 jarige jongen begin januari 1939 met zo’n kindertransport naar Nederland.
De oudere broer Justin (1921) en de jongere zus Susi (1933) ontkwamen in 1939 naar Engeland. Zijn ouders stonden in dat zelfde jaar op het punt om te emigreren naar Argentinië, ze hadden zelfs een visa daarvoor. Zijn vader was veehandelaar en zag daar een toekomst voor zich. Het ontbreekt hen echter aan middelen. Maar ondanks dat de ‘Hilfsverein’ de reis zou betalen, komt het niet er niet van. Op 1 december 1941 worden de ouders van Hans opgepakt en via Stuttgart naar Aussenlager Ghetto Riga gedeporteerd waar ze beide kort na aankomst om het leven worden gebracht.  

Hans wordt na een eerste opvang in een kindertehuis in Eindhoven ondanks zijn jonge leeftijd van 14 jaar toch toegelaten tot het Werkdorp. Daar was hij werkzaam als landbouwer. Na de ontruiming van het Werkdorp op 20 maart 1941 wordt Hans ondergebracht bij de familie Birnbaum op de Grensstraat in Amsterdam. Zodra het Jeugdhuis van de Joodse Raad zijn deuren opent verhuist hij daar naar toe en verblijft er van november 1941 tot begin juli 1942. Hij staat op de lijst voor het eerste transport naar Auschwitz en hij wordt binnen 3 maanden na aankomst vermoord.