Ludwig Benno de Jonge

Ludwig Benno de Jonge is geboren op 24 april 1914 in Bayreuth, een stad 90 km noordoostelijk van Neurenberg.
Al in december 1932, nog voor ze aan de macht zijn gekomen zet de NSDAP, de partij van Adolf Hitler de bewoners in Bayreuth aan tot een boycot van joodse winkels. Op 11 maart 1933 vindt een tweede poging plaats door leden van de SA, de ‘Sturmabteilung’ van de NSDAP die politieke tegenstanders moesten intimideren. Deze lieden posteerden zich voor de winkels van Joodse eigenaren en weerhielden klanten naar binnen te gaan. De derde boycot is op 1 april 1933 toen deze in heel Duitsland plaatsvond. In een tijdsspanne van een kleine twee jaar was een derde van de joodse winkels verdwenen of overgegaan in Arische handen. In oktober 1936 moeten de joodse leerlingen de openbare scholen verlaten.
Begin 1933 wonen er 260 joden in Bayreuth, in oktober 1938 is dit aantal geslonken tot 120.  
De familie de Jonge zit in het kleermakersvak, zo ook Ludwig.
Nadat eerst zijn broer Kurt is gevlucht naar Palestina, besluit ook Ludwig te vluchten en vertrekt naar Nederland en het Werkdorp. Zijn moeder sterft in 1941. Zijn vader gaat op 29 november 1941 op transport naar Riga in Letland waar hij op de laatste dag van 1943 wordt vermoord. Zijn oudere broer Max (1903) gaat met hetzelfde transport naar Riga, komt in kamp Stutthof terecht en wordt daar in 1943 vermoord.
Na de ontruiming van het Werkdorp op 20 maart 1941 vindt Ludwig onderdak op de Van Woustraat in Amsterdam. Op 11 juni 1941 is hij een van 57 werkdorpers die wordt opgepakt bij de 2^e razzia in Amsterdam en via kamp Schoorl naar Mauthausen wordt gedeporteerd. Binnen drie maanden na aankomst is hij op 15 september 1941 vermoord.